MAAND SPREUKEN JULI T/M DECEMBER

Meteo Tuitjenhorn.

Weerspreuken Juli t/m december

Juli zonnebrand wenst de man op 't land.
Slechts in de juli-gloed wordt de vrucht en wijn eerst goed.
Is de eerste juli regenachtig, gans de maand is twijfelachtig
Doet juli en august de druiven niet zwellen, september zal nimmer hunsmaak vertellen.
Brengt juli hete gloed, zo gedijt september goed.
Is in juli de morgen rood, 's avonds verkeert het weer in nood.
Wanneer de oostenwind tegen den avond gaat liggen, waait hij de volgende dag opnieuw.
Juli helder en klaar, heet altijd een goed jaar.
Is juli heet en droog, dan houdt de winter een kwaad betoog.
De wakkere hooimaand geeft de zeisen, de maaier in de hand met vlijt, daar lege schuren hooi vereisen, om het vee te voeden in wintertijd.
Zijn de hondsdagen helder en klaar verwacht dan maar een vruchtbaar jaar.
Komen de hondsdagen met veel regen, dan gaan we slechte tijden tegen.
Bouwt Sint Anne mieren bergen dan zal de winter ons tergen.
Wisselen in juli regen en zonneschijn, het zal het naaste jaar voor de boeren kermis zijn.
Zonder dauw geen regen, heet het in juli allerwegen.
Komt Maria(2) in de regen nicht Elisabeth tegen, duurt het zes weken gewis, voort het weer schoon is.
Als het op St. Godelieve(6) regent, vult zij haar putje 40 dagen met regen.
Regent het op 7 Broedersdag(10), dan kan men zeven weken regen verwachten.
Wanneer het op St. Henricus(13) droog is of regent, zeven weken duurt die zegen.
Regen met Sint Margriet (20 juli) geeft zes weken boerenverdriet.
Sint Jacobus, witte wolkjeslucht voorspelt wintersneeuw als vrucht.
Drie dagen voor Sint Jacob goed, een koren oogst in overvloed.
Met St.Margriet droog, dan 6 weken de zon in het oog.
Regen op St.Magdaleen(22), dan regent het dagen achter een.
Brengt Sint Magdalena(22) regen, dan brengt ze weinig zegen.
St Jacob(25) met zonneschijn, voorspeld de winter fijn.
Warme klare Sint Jacobusdag (25)dan koude Kerstmis.
St Jacob koud en rein, koud zal de Kerst zijn.
Bij klagend geroep van de wulp over 't land, houdt het mooie weer geen stand.
Bouwt op St.Anna(26) de mier grote hopen, de winter zal niet zacht verlopen.
Het weer op de 29 ste, is het weer van de 5de februari.
Als augustus zonder regen henen gaat, de koe maar mager voor de kribbe staat.
Is vijftien augustus goed en klaar, wordt het een goed bijen jaar.
Voel je in augustus de wind zuid-west stoten, dan is een witte kerst niet uitgesloten.
Is het warm en voorspoedig weer, brengt augustus d'eerste peer. Geeft augustus zonneschijn,zeker krijgen wij goede wijn.
Is augustus echt helder en heet, dan lacht de boer in het volle zweet.
Zo d'eerste oogstweek is heet, een lange winter staat gereed.
Wanneer de leeuwerik hoog in de lucht zweeft, zo brengt het ons mooi weer.
's Avonds speelt de zwoelte, 's morgens is er koelte.
Een waterige zon en een bleke maan kondigen beide regen aan.
Noordenwind in augustus brengt bestendig weer.
In augustus regen geeft de wijnstok zegen.
Is de eerste week in augustus heet, zorg voor goed warm winterkleed.
Menigeen heeft het al ondervonden, wervelwinden zijn aan augustus verbonden.
Begin augustus met regenvlagen, in de laatste dagen zal de regen ons weer plagen.
Is het heet op St.Domijn(4), het zal een strenge winter zijn.
Op St.Laurens (10) een regenvlaag, 6 weken duurt de regenplaag.
Geeft augustus veel noordenwind, dan blijft 't weer lang goed gezind.
Wat augustus niet kookt laat september ongebraden.
Het weer St. Casiaan(13), houdt nog dagen aan.
Op St. Augustijn(28) zullen de onweders over zijn.
Augustus stopt de zomer in bed.
Zoals Bartolomeus(24) is blijft ook de hele herfst gewis.
Is 't weer op Maria-Hemelvaart (15) uitgelezen, zo zal de herfst voortreffelijk wezen.
Regen op maria hemelvaart(15) is weinig wijn en slecht van aard.
Als de ooievaars na de 21 ste nog blijven, zal een zachte winter binnendrijven.
Is het weer op St.Barthel(24) warm en schoon, dan draagt de herfst een gouden kroon.
Eind augustus winnen de koelen nachten.
Blijven de zwaluwen ook nog na de 25 ste, wees voor de winter niet bang.
Schijnt herfstmaands zon met zomerkracht, maakt veelal wintermaand ook zacht.
Trekvogels in septembernacht, ze maken de kersttijd zacht.
Als in september de donder knalt, met kerst sneeuw met hopen valt.
Zo het in september dondert, leveren granen wel honderd.
Vallen de bladeren vroeg, dan wordt de herfst niet oud.
Als de R is in de maand, is het weer niet altijd meegaand.
Is 't met september heerlijk weer de herfst zal mooi zijn evenzeer.
Slaat 's avonds de nevel neer dan brengt de ochtend helder weer.
Donder in september, sneeuw in maart.
Als in september de donder knalt, zal met Kerst de sneeuw in hopen vallen.
Vorst in september, zacht in december.
Warm in september, koud in december.
In September warme regen, brengt de boeren rijke zegen.
Een warme september, een droge oktober.
Schijnt de herfstzon met zomerkracht, maakt veelal de winter zacht.
Komen de pluimen aan het riet, bedenk het is nazomer en geniet.
Met St.Giel(1) zonneschijn, het zal dan nog 4 weken zo zijn.
Is het op St. Egidus(1) heet, het geeft een schone herfst met zweet.
Op de 5 de september wordt bewezen, wat het voor weer de hele maand zal wezen.
Mooi weer op Maria's geboorte(8), dit weer gaat nog vier of acht weken zo voort.
Op de dag van Ludmilla(16) een zeer vroom kind, blaast vaak een forse wind.
Met Lambertus(17) zonneschijn, het zal een droog voorjaar zijn.
Op Mattheus(21) storm en wind, bestaat de kans dat men met de komende Pasen nog de winter vindt.
Is het op St. Mauritius(22) helder, dan gaan er veel schepen naar de kelder. (er worden dan veel stormen verwacht).
Vallen de eikels al voor St. Machiel(29),dan snijdt de winter door lijf en ziel.
Sint-Michiel (29/9) heeft de winter onder zijn kiel.
Trekken voor St. Machiel de vogels niet,geen winter is nog in het verschiet.
Oktobertooi met groene blaan, geeft vaak een strenge winter aan.
Oktober geeft ons wijn en zonnige dagen, maar ook jicht en andere plagen.
In de wijnmaand zon, winter kent geen pardon.
Is oktober warm en fijn, het zal een scherpe winter zijn, maar is het nat en koel, 't is van een zachte winter een voorgevoel!
Brengt oktober veel vorst en wind, zo zijn januari en februari zeer mild.
Brengt oktober vorst en sneeuw, men hoort in de winter veel klaaggeschreeuw.
Als het waait en vriest in de oktobernacht, dan verwachten wij een januari zacht.
Warme oktober dagen, februari vlagen.
Blinkt oktober in zonnegoud, de winter volgt dan snel en koud.
Oktoberweer komt terug in maart.
Als het regent op St Bavis (1), dan regent het met Kerst(mis).
Regen met Sint Denijs(9), voorspelt een natte winter en weinig ijs.
Treedt Gommarus (11) met droogte in, de zomer zal nat zijn in het begin.
Volgen op Gommarus natte dagen, er volgt een zomer met veel natte dagen.
Wordt men op Callistes (14) een warme wind gewaar, dan wordt de zomer een twijfelaar.
Zoals het weer is met St. Ursela (21), zo zal ook de winter wezen.
Houden de kraaien school, zorg dan voor hout en kool.
Op de laatste oktober (31), houdt de natuur zich sober.
Het laatste weer van oktober, reikt november de hand.
Maakt de spin in 't web een scheur, dan klopt weldra de stormwind aan de deur.
Als 't in november 's morgens bloeit, wis dat de storm dan 's avonds loeit.
Geeft Allerheiligen (1-11) zonneschijn, dan zal 't spoedig winter zijn.
Als in november het water stijgt, gedurende de winter gij 't nog vaker krijgt.
Na helder weer nu sombere mist, heeft zeker ook nog vorst in de kist.
November warm en fijn, het zal een strenge winter zijn.
Vertoont november zich met snee, 't zal vruchtbaar zijn, ook voor 't vee.
November heeft maar 30 dagen, maar dubbel wind en regenvlagen.
Donder in november, laat een jaar goed verlopen.
Als het vriest in november, dan volgt er sneeuw in december.
Zwaait de winter in november al met zijn staf, zijn rijk is van korte duur voor straf.
November met zijn regenvlagen, brengt verkoudheid, jicht en andere plagen.
Als het met Allerheiligen(1) sneeuwt, leg dan vast uw pels gereed.
Met Aller heiligen vochtig weer, sneeuwbuien volgen keer op keer.
Wie houdt van wind, november mint.
Houden de kraaien voor Allerheiligen al school, zorg dan voor hout en kool.
Brengt Allerheiligen winterweer, tien dagen duurt het zeer.
Sneeuw op Allerzielen(2), voorspelt een zacht voorjaar.
Novembers laatste noot valt altijd in de sloot.
Als Allerzielen (2/11) zacht begint, volgen veel regen en wind.
Het weer op Leonardusdag(6), blijft gewoonlijk tot de Kerstdag.
Een zuidenwind op de dag voor St. Martijn(10), dan zal het een zachte winter zijn.
Is er een donkere lucht op St. Martijn(11), zo zal het een zachte winter zijn.
Maar is de dag op St. Martijn helder, de vorst dringt dan door tot in de kelder.
Als op St. Martijn de ganzen op het ijs staan, moeten ze met Kerst door het slijk gaan.
Als het nevelig is op St. Martijn, dan zal de winter niet koud zijn.
Sint-Lieven (12/11) komt ons met vorst gerieven.
Maar heeft St. Martijn een witte baard, dan blijft ons sneeuw nog ijs gespaard.
Is er met St. Martijn nog loof aan de bomen, dan mag men van een strenge winter dromen.
St. Elisabeth(19) doet ons verstaan, hoe de winter zal vergaan.
De dag aan St. Cecilia(22) gewijd, is de maatstaf voor de wintertijd.
Wintert het op St. Klemens(23) fel, dan wordt de lente klaar en fel.
Onweer laat in het jaar, de vries is nog niet klaar.
Vriest het op St. Katrien(25), dan vriest het nog 6 weken nadien.
IJs op de dag van Saturijn(29), het weer maakt daarna korte mette met dit venijn.

December koud en wel besneeuwd, zo maakt men schuren gereed.
Brengt Sint.Elooi(1) de eerste dooi, begint het echter die dag te vriezen , dan krijgen we vier weken vorst voor de kiezen.
Veel sneeuw op Oudjaar, veel hooi in 't nieuwe jaar.
Heeft men in december slechts vocht en slijk dan worden de dokters rijk.
Zijn er in december veel mollen, dan laat de winter met zich sollen.
Brengt december kou en sneeuw in 't land, dan groeit er koren zelfs op 't zand.
December zacht en dikwijls regen, geeft weinig hoop op rijke zegen.
December vol met mist, goud in de kist.
Lucia(9) maakt de langste nacht; half juni maakt de langste dag.
In december sneeuw en kou,dat geeft koren voor de bouw.
Is de kerstdag vochtig en nat, ton en schure niets bevat.
Donder in decembermaand, belooft veel wind in 't jaar aanstaand.
Als met Kerstmis de muggen zwermen, kunt ge met Pasen uw oren wermen (warmen).
Vliegen op kerstdag de muggen rond, dan dekt op Pasen het ijs de grond.
December veranderlijk en zacht, is een winter is een winter zonder kracht.
December, wind uit het oost brengt de zieken lutt'le troost.
Blaast de noorderwind met een decembermaan, dan houdt de winter vier maanden aan.
Decemberregen is geen zegen.
Op een droge december, volgt een droog voorjaar, en een droge zomer.
Brengt St. Eligius(1), de eerste dooi?, begint het echter op die dag te vriezen, dan krijgen we vier weken vorst voor de kiezen.
St. Barbara(4) gaat graag in een wit kleed naar het bal.
Is 't op Kerstmis nog niet koud, dan vraagt de winter niet veel hout.
Is december veranderlijk, beste vrind, dan is heel de winter slechts een kind.
Brengt St. Nicolaas(6) ijs, dan brengt de Kerstman regen.
Vliegen op Kerstmis de muggen rond, dan dekt op Pasen ijs de grond.
Hangt met kerst 't ijs aan de twijgen, gij zult met Pasen palmen krijgen.
Is de wind stil met Sint Steven (26-12), dan zal 't jaar een goede oogst geven.
Het weer dat kinderdag wil (28/12), komt terug tot in april.
Slaat de rook uit de schoorsteen naar beneden, behoort 't droge weer tot het verleden.
Een warme kerstnacht (25/12) maakt een kouwelijke Pasen.
St. Ambroos(7), patroon van de bijen, en de spreeuwen, houdt van waaien en van sneeuwen.
Als met St. Thomas(21) de dagen gaan lengen, beginnen de nachten te strengen.
Kerstmis in een groen kleed, houdt voor Pasen sneeuw gereed.
Met de decembermaand is het jaar weer uit, gelukkig wiens balans goed sluit.